© photos
antarctica.org
Ronald Ross
René Robert

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

DISPATCHE 9 : Vanaf 12 tot 15 januari

 

Maandag 15 januari : De ene top na de andere...

Donderdagavond keerden Alain, Fabrizzio en René terug naar de binnenkant van de zuidelijke pijler van de Holtanna om foto's te nemen. Het zijn indrukwekkende beelden geworden die ons beter dan welk verslag ook de moeilijkheden tonen die de klimmers moesten overwinnen om de top te bereiken.

Hier volgen nog enkele algemene nieuwtjes over de expeditie. Zelfs met alle foto's die we van de Fenristunga hebben, blijft het moeilijk om zich een beeld te vormen van de toppen die er deel van uitmaken. Katelijne bezorgde ons echter een paar details over de bijna dagelijkse klimtochten van Alain en André. Als we het goed begrepen, zijn ze bezig om werkelijk àlle toppen van de Fenristunga toe te voegen aan hun lijst van prestaties. Ze moeten er intussen al een tiental beklommen hebben aan de westkant. De moeilijkste beklimming was die van de Midgard (2365 m). Volgens Katelijne zal Ross ons binnenkort enkele foto's bezorgen, maar momenteel is hij nog druk in de weer met zijn weerstations. De moeilijkheidsgraad van de berg was heel hoog; zeker TD+A2 en touwklimmen 2. De eerste dag klommen ze vier uur, de tweede dag veertien uur om de kolos te bedwingen. Hubert en Georges hadden niet minder dan 40 minuten nodig voor de laatste 4 m! En dat bij een temperatuur van -30°C! De eerste dag was de zon wel van de partij, maar de volgende 24 uur zaten beide alpinisten in een bijna volledige white out. Toen ze op 9 januari om 8.45 u de top bereikten, was de zichtbaarheid nul. Geen geluk gehad... Een andere top die beide alpinisten beklommen heeft geen naam. Hij steekt 2360 m uit boven de rotsachtige ondergrond (niet boven het ijs). De beklimming van de oostwand duurde twee uur. De kwaliteit van de rots was erbarmelijk, moeilijkheidsgraad D+. Dezelfde dag, 5 januari, voegden Hubert en Georges nog een top toe aan hun lijstje.

Ook die zal naamloos blijven, want Hubert weigert om de rotsen te benoemen. Dit exemplaar was 2370 m hoog en van dezelfde belabberde kwaliteit als de vorige; moeilijkheidsgraad D+. De klim duurde opnieuw twee uur. En zo hebben beide klimmers er al tien rotsen op zitten, allemaal in ongeveer dezelfde omstandigheden. Er zijn geen foto's, en het heeft dus weinig zin om meer details te vermelden. Maar Katelijne schrijft wel dat de mannen ongelooflijk veel plezier beleven aan de beklimmingen, die ze als de mooiste van hun carrière beschouwen. En dat wil wat zeggen als je weet dat André Georges van plan is om alle achtduizenders ter wereld op zijn palmares te schrijven...

Over enkele dagen zal het team over de ijsvlakte trekken om enkele wetenschappelijke proeven uit te voeren. Ze willen ook de methode om sneeuwkristallen te fotograferen verfijnen die Hubert had uitgevonden toen hij samen met Dixie Dansercoer de grote oversteek maakte in 1997-1998. Die methode werd sindsdien overgenomen door talrijke wetenschappers die zich met polair onderzoek bezighouden. ...

Vrijdag 12 januari : Ronald Ross bezorgde ons meer details over het verdere verloop van de expeditie...

Dankzij een bericht van Ronald Ross kunnen we ons eindelijk een beter beeld vormen van wat er precies is gebeurd na de geslaagde beklimming van de Holtanna. Hier lees je wat hij ons schreef:

 


Hi Folks

Ik heb al een tijdje niet geschreven, hoewel er sinds mijn laatste bericht al heel wat gebeurd is. Zoals jullie waarschijnlijk allang weten, 'veroverden' de klimmers de zuidelijke rotspijler van de Holtanna op 1 januari. Op hetzelde ogenblik kampte ik met een lichte voedselvergiftiging. Daardoor kon ik niet 100% deelnemen aan de feestelijkheden van oudejaarsavond. Toch ben ik wakker gebleven tot de klimmers in de kleine uurtjes de top bereikten.

Het was van tevoren afgesproken met Blue One en Mike Sharp dat er rond 1 januari een Twin Otter naar het basiskamp zou vliegen om een panoramische vlucht te maken boven de Fenristunga en daarna de drie mannen op te pikken die naar huis moesten terugkeren. Het was mijn taak om per VHF contact te houden met de klimmers op de rotswand.

De meeste klimmers bleven op de top na de klim. Op 1 januari probeerde ik de hele dag Alain te bereiken om hem op de hoogte te brengen van de fotovlucht, die diezelfde avond nog zou plaatsvinden. Maar nog belangrijker: Ralph en Daniel moesten weten dat het vliegtuig er heel binnenkort aankwam en dat zij meteen na die fotovlucht aan boord moesten.

Die avond, nog steeds 1 januari, had ik om het uur radiocontact met Blue One in de hoop het vertrek van het vliegtuig te kunnen uitstellen tot ik de klimmers had kunnen bereiken. Het weer was erg mooi, maar naarmate de avond vorderde, kwamen er dreigende wolken aandrijven. Die zouden ons een paar uur later bereiken.
Om 21.00 u had ik nog steeds geen radiocontact gehad met de klimmers. Toen besliste ik om niet langer te wachten en de Twin Otter te laten vertrekken. Als het vliegtuig over de Holtanna zou cirkelen voor het landde bij het basiskamp, zouden de mannen wellicht het geluid van de motoren horen. En dan zouden ze wel weten wat hun te doen stond. Dat hoopte ik althans.

Nu ja, tijdens een ultieme poging kreeg ik eindelijk contact met Alain. Het was toen reeds tien uur 's avonds. Hij was erg verrast te horen dat de Twin Otter twee uur later reeds zou aankomen. Ralph sliep in een rotsholte net onder hem. Hubert bracht hem snel op de hoogte, want hij moest zo vlug mogelijk weer afdalen en terugkeren naar het basiskamp. Een geluk dat ik me niet had gehouden aan mijn plan om de mannen wakker te laten maken door het vliegtuig, want ze zouden het nooit gehoord hebben door de wind!

De fotovlucht verliep uitstekend. En wij kregen de kans om wat te praten terwijl de Twin naast het basiskamp parkeerde. Het was op dat ogenblik 1.30 u 's ochtends, 2 januari. Een uur later vloog ik samen met drie andere expeditieleden mee naar Blue One. Het eerste wat ons opviel toen we landden, was het temperatuurverschil tussen de Orvin Mountains en Blue One. In Blue One was het -9°C om 3.00 u 's ochtends, terwijl het bij de Holtanna dan gewoonlijk -17°C was!

Het kamp van Blue One was uitgebreid met vier grote en acht kleine tenten. Die waren speciaal opgetrokken voor een officiële delegatie uit zeven landen die naar Antarctica kwam om de wetenschappelijke bases in de omgeving te inspecteren en om te controleren of ze zich wel hielden aan de regels van het beroemde Antarctic Treaty. De inspecteurs zouden de volgende bases bezoeken: Syowa (Japan), Novolazarevskaia (Rusland), Maitri (India), Sanae (Zuid-Afrika, zie foto hieronder), Troll (Noorwegen) en Neumayer (Duitsland). Het transport zou gebeuren per Twin Otter, DC3 en helikopter.

Later die ochtend kwam een DC3 aan in Blue One. Hij had net een missie voltooid voor de NSF (National Science Foundation) en bracht wetenschappers van McMurdo naar naburige bases.

Ondertussen was ik nog steeds niet genezen van mijn voedselvergiftiging. Daardoor moest ik een tijdje in de tent gaan liggen. Mijn eerste doel in Blue One was de software van mijn weerstation (Wx Station) in orde te brengen en pakjes in ontvangst te nemen uit de Verenigde Staten en België. Er hing een wat gespannen sfeer in het kamp in afwachting van de landing van de Iliouchine met zijn belangrijke passagiers. Op dat ogenblik vernamen we dat er ook een Spaanse expeditie meereisde. Zoals gewoonlijk had het vliegtuig vertraging opgelopen door het slechte weer. Mike stuurde een helikopter uit om de hoogte en de dikte van de wolken na te gaan. De vertraging viel uiteindelijk nog mee, minder dan 24 uur. Op 6 januari landde het vliegtuig dan in Blue One, met veertig personen aan boord. Het vliegtuig zou blijven staan tot de officiële delegatie alles bases bezocht had. De pakjes voor de expeditie kwamen goed aan, behalve een pak voor mij dat waarschijnlijk geblokkeerd was door de douane in Kaapstad.

Ik moest er nu voor zorgen dat alle pakjes goed aankwamen in het basiskamp van de expeditie. Ik besloot per skidoo naar de Holtanna te reizen, een tocht van 6 à 7 uur. Maar op maandag 8 januari kreeg ik de kans om aan boord te gaan van de DC3 die was gecharterd door de Spaanse expeditie. Het moest een verkenningsvlucht uitvoeren boven de berg Rakekniven, 'The Razor' in het Engels. De DC3 kwam vanuit Neumayer aan op zondagavond. Omdat het licht ideaal was, besloten de Spanjaarden om de verkenningsvlucht maar meteen uit te voeren. De leider van de expeditie was echter van mening dat 'hun' berg niet uitdagend genoeg was, en daarom vlogen we naar de Fenristunga. Ik dacht dat de piloot me daar zou droppen en verdervliegen, maar ik had het mis. De Spaanse expeditie besloot eveneens haar tenten op te slaan aan de voet van de Holtanna! Wat natuurlijk voor enige ontevredenheid zorgen binnen de rangen van THE WALL.

Ondertussen wordt er nog steeds geklommen rond het basiskamp. Op woensdag 10 januari beklommen Alain en André een berg die Midgard heet. Ze bereikten de top rond middernacht, bij slecht weer. Vandaag kunnen we de tenten niet uit. Het heeft de hele dag flink gesneeuwd en de zichtbaarheid bedraagt minder dan 30 m.

Ronald Ross